Niet gehonoreerde MIT AI-projecten opnieuw indienen
In het door de overheid ingestelde topsectorenbeleid spelen sleuteltechnologieën een grote rol. Door hierin te investeren, kunnen nieuwe bedrijvigheid en nieuwe markten ontstaan, en dat is goed voor de Nederlandse economie. Naast bijvoorbeeld nanotechnologie, fotonica en big data is artificial intelligence (AI) een van de technologieën waarvan de overheid hoge verwachtingen heeft. AI vindt dan ook toepassing in uiteenlopende sectoren, zoals de glastuinbouw, de energiesector en de zorg. De zojuist afgesloten tender MIT R&D-samenwerkingsprojecten op het thema AI had als doel het mkb de gelegenheid te bieden de mogelijkheden van AI (beter) te benutten. Dat er 85 aanvragen zijn ingediend, geeft aan dat er in Nederland veel potentie is op dit gebied. Dat het totale subsidiebudget van 2,9 miljoen euro voor slechts 12 projecten beschikbaar komt, is natuurlijk jammer voor projecten die buiten de selectie zijn gevallen. Maar het is nog niet voorbij. Het kan namelijk de moeite waard zijn om onder de afgelopen MIT AI-call ingediende maar niet gehonoreerde aanvragen opnieuw in te dienen, maar nu onder de ‘reguliere’ MIT R&D-call.
Hoe ziet die reguliere MIT R&D-call eruit?
Als het gaat om de algemene voorwaarden waaraan een MIT R&D-samenwerkingsproject moet voldoen zijn er geen verschillen met de MIT AI-call. Zo moet:
- het gaan om de ontwikkeling of vernieuwing van producten, productieprocessen of diensten
- het project bestaan uit onderzoek en/of ontwikkeling
- er sprake zijn van een samenwerkingsverband.
Er is echter wel een verschil op een ander gebied, dat tevens een rol kan spelen bij de beoordeling – mocht gekozen worden voor het opnieuw indienen van de MIT AI-aanvraag onder de reguliere MIT-call. Dit verschil heeft te maken met de regionale aanpak van de reguliere MIT-call, waarbij het regionale loket waar de aanvraag wordt ingediend mede bepaalt aan welke Regionale Innovatie Strategieën voor Slimme Specialisatie (RIS3) het project moet voldoen.
Zicht op de regionale innovatiestrategieën
Van een afstand kijkend naar regionale innovatiestrategieën zou de conclusie kunnen worden getrokken dat ze niet of nauwelijks van elkaar verschillen. Innovatie gekoppeld aan centrale thema’s als klimaat, veiligheid en inclusiviteit staan in alle strategieën centraal. Inzoomend wordt echter duidelijker dat elke regio voortbouwt op de eigen sterktes, waarbij de goed ontwikkelde sectoren in elke regio de basis vormen. (Zeer) kort samenvattend enkele kenmerken van de RIS3’s per regio:
- regio Noord (Groningen, Friesland, Drenthe): voortbouwen aan een innovatiever en sterker Noord-Nederland en werken aan een circulaire, gelukkige en inclusieve regio, het verder versterken van de kennispositie betreffende agro, biobased/circulaire economie, watertechnologie, high-tech systems & materials, chemie en digitaal
- regio Noordvleugel (Flevoland, Noord-Holland, Utrecht) en regio Zuidvleugel (Zuid-Holland): realiseren van innovaties die een slimme, circulaire, veilige, gezonde en CO2-neutrale toekomst dichterbij brengen
- regio Oost (Gelderland, Overijssel): focust op het vergroten van de regionale innovatiekracht, waarbij wordt ingezet op het versterken van de onderzoeks- en innovatiecapaciteit en invoering van geavanceerde technologieën in het mkb en innovatie, demonstratie en acceptatie van slimme oplossingen in de energietransitie
- regio Zuid (Limburg, Noord-Brabant, Zeeland): stimuleert met name innovatie die aansluit op de Green Deal-transities in energie, grondstoffen, klimaat, landbouw, voeding en gezondheid.
Kennis en Innovatie Agenda’s
Een ander, minstens zo belangrijk aanknopingspunt voor een kansrijke aanvraag zijn de KIA’s: de Kennis en Innovatie Agenda’s. Dit zijn de strategische agenda’s, gekoppeld aan het topsectorenbeleid, die voortvloeien uit een 25-tal concrete missies binnen vier thema’s:
- Energie en Duurzaamheid
- Landbouw Water Voedsel
- Gezondheid en Zorg
- Veiligheid.
Deze KIA’s vormen een gedetailleerde uitwerking voor elk maatschappelijk thema, sleuteltechnologieën en het maatschappelijk verdienvermogen van Nederland, en zijn hier te vinden.
MIT R&D-subsidie kan oplopen tot 350.000 euro per project
Aansluiting vinden tussen uw project en de regionale innovatiestrategie van ‘uw’ regio kan dus alsnog leiden tot MIT-subsidiesucces voor uw AI-project. Voor een klein samenwerkingsproject kan de subsidie oplopen tot 200.000 euro, voor een groot project zelfs tot 350.000 euro. Ziet u aanknopingspunten tussen uw project en een regionale strategie van een andere regio, dan kan het toch zinvol zijn om contact met ons op te nemen. Wij kijken graag met u mee naar wat er alsnog mogelijk is. Deze MIT R&D-openstelling eindigt op dinsdag 13 september.
Neem contact met ons op via 088-8381381 of stuur ons een berichtje: